Onlangs verscheen hier een open brief door Marieke Hoogwout die diep geraakt was door uitspraken van Lisa van Ginneken, kamerlid van D66 en de drijvende kracht achter de nieuwe Transgenderwet. Ik vind het een kernwaarde van onze democratische samenleving dat we kunnen zeggen wat we vinden. Dat vind ik ook als mensen spreken vanuit trauma en ook als zij uitspraken doen die tegen je rechtvaardigheidsgevoel ingaan. Uitspreken is beter dan verzwijgen, want de sentimenten verdwijnen niet en zo kunnen we met z’n allen verder komen. Maar dan is het wel belangrijk dat we wegblijven van de misvattingen die over de Transgenderwet leven.
Ik ben – als non-binair persoon die zich verbonden voelt met de transgender gemeenschap – een uitgesproken voorstander van de nieuwe Transgenderwet. Tegelijk heb ik begrip voor de narigheid die Marieke is overkomen en die vele vrouwen nog steeds overkomt. Ik begrijp ook de ergernis over het gebrek aan empathie daarvoor dat zij soms tegenkomen. Trauma is trauma, daar hebben we verantwoord mee om te gaan in de samenleving en ik vind dat je volksvertegenwoordigers erop kunt aanspreken als zij dat niet doen. Toch deed Marieke een aantal opvallende uitspraken die een weerwoord verdienen omdat ik die vaker ben tegengekomen bij mensen die een debat willen over de Transgenderwet of die tegenstander zijn van de wet. Het zijn uitspraken die mij raken, uitspraken die bovendien geen oplossing zijn voor het gestelde probleem, maar, vooral, uitspraken die de plank misslaan.
Hoe verdrietig het mij ook maakt dat sommige mensen een debat willen over de rechten van transgender en non-binaire mensen – een debat dat ik op deze wijze helemaal niet wil voeren, omdat het onder andere over mijn eigen bestaansrecht gaat – wil en kan ik mensen niet dwingen bepaalde dingen te denken, vinden of voelen. Ik kan wel proberen mensen ervan te overtuigen waarom deze wet juist een goed idee is. Dat kan dus alleen als we het over hetzelfde hebben en te goeder trouw zijn. Daarom wil ik een oproep doen. Wil je daadwerkelijk met transgender mensen in gesprek over de problemen die je vreest? Hou je dan aan de feiten en, vooral, wees je bewust van de volgende zaken, die ervoor kunnen zorgen dat transgender mensen hier helemaal geen zin in hebben.
Misvatting 1: transgender vrouwen krijgen pas met de nieuwe wet recht op vrouwenruimtes
Ik zal met het belangrijkste punt beginnen. Het tegenhouden van deze wet gaat de dingen waar jullie bang voor zijn niet voorkomen, omdat de wet daar helemaal niet over gaat. Hoewel mijn betoog niet op Marieke persoonlijk is gericht, wil ik dit illustreren met enkele citaten uit haar open brief.
Marieke schrijft in haar brief aan Lisa van Ginneken het volgende:
“[H]oezo heb je het in dit verband over ‘we mogen groepen in de samenleving geen rechten afpakken’? Er bestáát helemaal geen recht voor mensen met ‘nog mannelijke geslachtsdelen’ om vrouwenkleedkamers in te lopen. De enigen die met de nieuwe wet rechten afgenomen worden, zijn vrouwen.”
Dit is een sentiment dat ik vaker tegenkom. Hier ligt de crux van mijn ergernis, want deze uitspraak is namelijk niet waar. Dat recht bestaat wel. Transgender mensen mogen de kleedkamer inlopen van onze keuze, ongeacht onze geslachtsdelen. Dat recht hebben wij nu en dat recht hebben wij onveranderd nadat de Transgenderwet is aangenomen. De wet verandert hier helemaal niets aan. De volgende uitspraak van Marieke geeft hier wat meer diepte aan en vereist ook wat meer weerwoord.
“In het voorliggende wetsvoorstel kan een man zich als vrouw laten registreren wanneer diegene zelf aangeeft zich zo te identificeren. Dat betekent dat een trans vrouw niet, zoals veel mensen denken, per definitie een lichamelijke transitie heeft ondergaan. Nee: ook iemand die volledig fysiek man is, met mannelijke geslachtsdelen, kan een trans vrouw zijn en straks ook voor de wet van het vrouwelijk geslacht.”
Het idee dat transgender mensen vóórdat deze nieuwe wet ingaat, nog wel een fysieke transitie – zelfs een geslachtsveranderende operatie – hebben moeten ondergaan om hun papieren te mogen aanpassen, is pertinent onjuist. Niet alleen dat, het is voor transgender mensen buitengewoon pijnlijk om hieraan te refereren. Dit is hoe het wel zit, met daarna waarom dit zo gevoelig ligt.
Misvatting 2: pas met de nieuwe wet kunnen trans mensen aan zelfidentificatie doen
In de nieuwe Transgenderwet die nu voorligt mogen transgender mensen hun papieren veranderen zonder dat zij hiervoor een deskundigenverklaring nodig hebben. Deze deskundigenverklaring is echter geen intensieve psychologische screening of een bezoek aan iemand die kijkt of je wel fysiek een transitie hebt doorgemaakt. Het is ook niet de beoordeling of je aan een medisch traject mag beginnen of niet. Het is alleen een inschatting door een deskundige of de wens van deze trans persoon ‘duurzaam’ is en of diegene goed begrijpt wat de gevolgen van de administratieve wijziging zijn. Leidend daarin was altijd al hoe iemand zich voelt. De deskundigenverklaring wordt dus ook nu al op basis van ‘zelfidentificatie’ uitgegeven.
De deskundigen zelf stellen tegenover de overheid dat zij zich afvragen wat de meerwaarde van hun advies is. In de evaluatie van de bestaande Transgenderwet benoemen zij dat ‘hun deskundigheid ligt op het terrein van genderdysforie en die diagnose is nu juist geen aspect waarop afgifte van de verklaring wordt gebaseerd’. Zij zeggen ook dat ‘duurzaamheid’ moeilijk vast te stellen is, omdat genderidentiteit fluïde kan zijn. Het aantal mensen dat de administratieve wijziging terugdraait is in ieder geval buitengewoon laag – bovengenoemde evaluatie noemt slechts zes gevallen in drie jaar – en landen die al met de nieuwe wet werken, laten nog lagere aantallen zien, tot helemaal geen. (Dan heb ik het dus niet over mensen met spijt van medische behandelingen, maar ook dat aantal is laag, volgens het Amsterdam UMC rond de 0,5 procent.) Dit hoeft bovendien niet te betekenen dat zij van de eerste wijziging spijt hebben. Hieronder vallen ook mensen voor wie de sociale consequenties te zwaar waren – met name oudere mensen. Hun verlangen was dus net zo duurzaam en de deskundige had deze terugdraaiing dus niet kunnen voorkomen. Deze deskundigen vinden hun eigen rol dan ook weinig toevoegen. Je kunt je, met deze feiten over wat zo’n verklaring is, daar misschien iets bij voorstellen.
Maar als het niks voorstelt, waarom wil de transgendergemeenschap hier dan zo graag vanaf? Allereerst: de deskundigenverklaring is nodig om je papieren te kunnen laten aanpassen. Deze verklaring kost echter een paar honderd euro. Het alternatief is een verklaring van een behandelaar in een traject voor transgender zorg. Die wordt ook niet vergoed, maar is een stuk goedkoper. Echter, de wachtlijsten voor een intake (en dan heb je nog geen verklaring) zijn twee tot drie jaar, en veel mensen willen of kunnen helemaal geen medisch traject doorlopen. Bijvoorbeeld, omdat zij een kinderwens hebben, omdat het medisch onverstandig is, omdat de resultaten kunnen tegenvallen of omdat zij het niet noodzakelijk vinden om gelukkig te kunnen zijn. Dan is er nog een principieel punt: een handtekening van iemand anders moeten vragen, die blijkbaar beter weet wie jij bent, dan jij zelf, is gewoon nogal paternalistisch.
Om een lang verhaal kort samen te vatten: ook met de deskundigenverklaring deden transgender mensen al aan zelfidentificatie en kregen transgender vrouwen met een penis al de gewenste papieren. Het kostte ze alleen meer geld. En het was vernederender.
De situatie waar jullie bang voor zijn – transgender vrouwen met penis in vrouwenruimtes – bestaat dus allang. Deze nieuwe Transgenderwet verandert dit niet. De Transgenderwet gaat namelijk helemaal niet over toegang verkrijgen tot vrouwenruimtes, ondanks dat het ‘debat’ alleen maar over die dingen gevoerd wordt. Het hebben van aangepaste papieren is wel belangrijk voor heel andere dingen. En dáár gaat die wet over. Over kunnen reizen, solliciteren of diploma’s halen, zonder doorlopend bang te zijn voor de gevolgen van je transgenderzijn. Omdat zodra je je paspoort moet laten zien, of je rijbewijs, of je diploma, er allemaal bellen gaan rinkelen en deuren dichtgaan. En dan krijg je die baan niet, word je weggepest op je werk of sportclub, of kom je in gevaarlijke situaties in het buitenland terecht.
Misvatting 3: medische aanpassing is een redelijke eis
Waarom ligt het recht op nieuwe papieren zonder operaties zo gevoelig bij transgender mensen? Dat het een logische gedachte zou zijn dat je een geslachtsveranderende operatie moet hebben ondergaan om als vrouw geregistreerd te mogen worden, is misschien wel het pijnlijkste idee dat ik aan de zijde van de tegenstanders van de wet voorbij zie komen. Misschien is de aankomende Transgenderwet het eerste moment dat tegenstanders en twijfelaars zich hierover buigen. Voor trans mensen zelf, echter, is het grootste nieuws van het afgelopen decennium dat de ‘sterilisatie-eis’ is weggehaald. Want tot de wet van 2014 – jazeker, zo recent nog – was het verplicht om aantoonbaar onvruchtbaar makende operaties te hebben ondergaan om je papieren te kunnen laten veranderen. Overigens moest je bovendien ongehuwd zijn (of scheiden), want huwelijken voor paren van gelijk geslacht waren bij het ontwerpen van deze wet nog niet mogelijk.
Denk je even in, 2014, dat is dus ongeveer gisteren. Dat betekent dat de mensen met wie je in debat wilt over deze nieuwe wet, bijna allemaal hebben meegemaakt dat dit hun toekomst was of zelfs hun realiteit. Dat er zo over ze gedacht werd: freaks die vooral, wat er ook gebeurde, geen kinderen mochten krijgen. Dat zorgde er uiteraard niet voor dat minder mensen trans waren, maar wel voor een enorme hoeveelheid leed, welke keuze je ook maakte.
De overheid heeft onlangs excuses aangeboden dat ze dit ooit van transgender mensen geëist heeft. Terecht. Het Europees Hof voor de Rechten van de Mens heeft vastgesteld dat de sterilisatie-eis een inbreuk is op de mensenrechten. Het zou twijfelaars en tegenstanders van de wet daarom sieren als zij dit in hun achterhoofd houden als ze het hebben over het ‘afnemen van rechten’.
Of je nu vindt dat transgender vrouwen vrouwen zijn of mannen, of wat je dan ook vindt, de realiteit is simpelweg dat zij er zijn. Transgender vrouwen, transgender mannen en nonbinaire mensen hebben altijd al bestaan en, welke rechten we ook hebben, we zullen niet verdwijnen. Hoe ongemakkelijk dat voor sommigen misschien is, we zijn onderdeel van dezelfde samenleving. We willen, net als iedereen, een kans om kinderen te krijgen en te trouwen met de partner van onze keuze. Gelukkig kunnen we dat nu. We hebben ook wetgeving nodig om te kunnen reizen en solliciteren als ieder ander. Daar gaat de nieuwe Transgenderwet over. We zijn ten slotte allemaal volwaardige burgers en verdienen het om vooraleerst mens te kunnen zijn, niet een set geslachtsdelen.
Misvatting 4: kwaadwillenden kunnen met de nieuwe wet plots veel meer kwaad doen
Marieke schrijft ook:
“Nu kunnen vrouwen een mannelijke (!) indringer nog aangeven en door de beveiliging laten verwijderen. Straks misschien niet meer. Waarom moeten vrouwen dit oké vinden? Waarom zegt het wetsvoorstel daar niets over? (…) Het huidige wetsvoorstel opent ondanks alle denkbare goede intenties helaas ook deuren naar misbruik van de wet.”
Ook deze gedachte kom ik vaker tegen: het idee dat kwaadwillende mannen misbruik zullen maken van de wet en hun papieren zullen laten veranderen om toegang te krijgen tot vrouwenruimtes. Voorbeelden die voorbijkomen op sociale media laten zien dat dat mogelijk is. Echter, we weten dat dat hier nu ook al kan, sinds 2014 om precies te zijn, en dat er in de afgelopen acht jaar geen stormvloed aan nieuwe problemen is ontstaan. Het is, wie je ook bent, onacceptabel om je grensoverschrijdend te gedragen en je kunt, ongeacht iemands papieren, daarvoor gewoon iemand een kleedkamer uit laten zetten.
Bovendien strookt dit idee niet met hoe een administratieve geslachtsverandering in de praktijk zal werken. Dat werkt straks namelijk zo:
Met de nieuwe zelfidentificatie-zonder-deskundigenverklaring ben je zes weken wachttijd kwijt. Dat komt dus in de plaats van honderden euro’s of een paar jaar wachtlijst voor transgenderzorg. Dat is inderdaad makkelijker, maar – en dit is belangrijk – dat betekent niet dat het makkelijk is. Daarna wil je namelijk niet dat je leven in de soep loopt omdat je hypotheekverstrekker, je zorgverzekeraar of, zeg, de ANWB, denkt dat ze de verkeerde voor zich hebben. Dus kost het onvermijdelijke laten veranderen van alle documenten en het aanvragen van nieuwe pasjes zoals je paspoort, rijbewijs, kentekenbewijs, bankgegevens, hypotheekgegevens, talloze verzekeringsgegevens, nog steeds moeite, tijd en geld.
Tot slot – en dat verandert ook niet – worden bij de naams- en geslachtswijziging in de basisregistratie persoonsgegevens ook je verwanten geïnformeerd, of je dit nu wilt of niet. Er gaat dus een brief naar je ouders, kinderen, echtgenoot en, ja, ook je ex. Zij zijn tenslotte ineens vader van een zoon in plaats van dochter, of (ex-)echtgenote van een vrouw in plaats van een man. Je BSN verandert trouwens niet met een geslachtsverandering, dus een eventueel bestaand strafblad blijft aan jou gekoppeld. Het idee dat een geslachtsverandering een leuk hebbeding is voor mensen die kwaad willen, en dat dat nu plots heel makkelijk gaat worden, vind ik daar dus moeilijk mee te rijmen. Je moeder krijgt namelijk gewoon een brief daarover.
Is het volledig onmogelijk dat er ooit iemand misbruik maakt van deze wet (of de vorige)? Nee, er zijn voorbeelden uit andere landen die laten zien dat er in sommige gevallen misdrijven gepleegd worden met behulp van een dergelijke wet. Ik ben ook zeker geen tegenstander van kijken wat daar misgaat en hoe publieke ruimtes en gesloten ruimtes veiliger kunnen worden. Maar ik ben wel een tegenstander van: dan-maar-geen-transgenderrechten. Alsof dat niet meer problemen creëert dan het oplost – als het al iets oplost, want er zou hier feitelijk niets veranderen met betrekking tot vrouwenruimtes. Het enkel noemen van incidenten vertroebelt bovendien het grotere beeld. Landen die al op deze manier werken, zoals Noorwegen, Malta en Ierland, maar ook verschillende staten in de VS met toegenomen transrechten, rapporteren op allerlei niveaus dat er geen noemenswaardige toename in fraude en geweld te zien is. We lopen hiermee als Nederland niet voorop. Dat klinkt als droge feiten, maar ze betekenen veel voor transgender mensen. Het betekent dat onze rechten de samenleving niet kapot maken. Die feiten moet je wel meenemen als je hierover praat, anders heb je geen eerlijk gesprek.
Toch zijn we in een shouting match terechtgekomen over of trans mensen met een penis al dan niet het recht hebben om ergens te plassen of zo. Het is een zinloos debat, want dat recht hebben we. Al jaren. De mensen die nu al een V in hun paspoort en een penis hebben, ga je niet met terugwerkende kracht uit een toilet kunnen bonjouren. Gelukkig maar. Wie daar nu van vindt dat dat wel moet kunnen, of dat dat voor nieuwe transities wel zou moeten gelden, pleit in feite voor het terugdraaien van rechten die er al zijn, naar een recent verleden dat onmenselijk was. Ik hoop dat twijfelaars en tegenstanders dat niet bedoelen, maar dat is onherroepelijk wat wij horen. Het is onmogelijk om daar niet aan te denken.
Geweld in publieke ruimtes
Laten we het dan toch even hebben over geweld in publieke ruimtes. Net zozeer als Marieke oproept om het te hebben over de echte daders, wil ik die oproep ook doen. Transgender mensen zijn niet inherent gevaarlijker en lopen zelf juist meer gevaar dan anderen. We hebben een gezamenlijk belang dat publieke ruimtes veilig zijn voor iedereen. Als de nieuwe wet mensen doet beseffen dat we niet tevreden zijn over hoe het nu gaat, laten we dat dan als uitgangspunt nemen.
Dat er geweld tegen vrouwen is in publieke ruimtes, intimidatie, seksueel grensoverschrijdend gedrag, is een ernstig probleem. Het is een probleem waar ook transgender vrouwen last van hebben, non-binaire mensen, gender non-conformerende mannen, wie al niet meer. De voorbeelden van geweld tegen cisgender vrouwen zijn helaas aan te vullen met net zulke pijnlijke, ernstige vergrijpen tegen transgender mensen. Ik heb dan ook veel begrip voor mensen die bang zijn omdat zij getraumatiseerd zijn. Dankzij metoo weten we voor hoe ontzettend veel mensen dit geldt.
Toch moeten angst en trauma de feiten niet overstemmen. In die zin zijn feiten voor mij verbonden met diepe emoties. Ik kan niet voor andere transgender en/of non-binaire mensen spreken, maar ik kan me voorstellen dat veel anderen mijn gevoelens hierover delen. Het is, in een ons opgedrongen debat over ons bestaansrecht, pijnlijk en boosmakend dat sommige mensen de feiten negeren, ook al ben ik verre van de eerste die ze uiteenzet.
Op een bepaalde, ironische manier zijn we misschien nog het meest verbonden door de boosheid die we allemaal voelen over het feit dat we niet gehoord worden. Gehoord worden over angst en trauma is een diepe, fundamentele behoefte. Maar, beste tegenstanders en twijfelaars, als je niet luistert naar de mensen die jij als de oorzaak van jouw onveiligheid ziet – mensen met hun eigen trauma’s, die je zeggen hoe het echt zit – zul je weinig begrip oogsten.
En wat wij zeggen is: jullie onveiligheid komt aantoonbaar niet door onze rechten. Dat negeren, slaat alles dood. Een ‘debat’, daar hebben wij dan helemaal geen zin in, als we dat überhaupt al hadden. Het willen tegenhouden van de Transgenderwet lost geweld tegen vrouwen niet op. Laten we op zoek gaan naar echte oplossingen, voor iedereen.
Beeld: foto door Hamza Makhchoune via Depositphotos