Eerst was er een groot artikel in het AD over een docente die een leerlinge op een bidkleedje in de schoolgang zou hebben gestoord. Men zou zich af kunnen vragen waarom ‘docente handhaaft schoolregels’ groot landelijk nieuws moest zijn.

Mogelijk begon er iets te dagen toen ook DENK zich in het debat mengde. “Scholen weigeren gebedsruimtes in te richten, terwijl jongeren willen bidden op school en universiteit. DENK staat voor vrijheid en gelijkheid van godsdienst en blijft hierin strijden. We vragen de minister om antwoorden en eisen actie!” tweette het partijaccount. DENK-Kamerlid Stephan van Baarle vindt dat “scholen en universiteiten altijd de mogelijkheid moeten bieden om het gebed te kunnen verrichten en ook een gebedsruimte moeten inrichten.”

Nou Stephan van Baarle, dat moeten ze helemaal niet. Sterker: er zijn in onze mooie, vrije, multiculturele, democratische rechtsstaat veel goede redenen om dat niet te doen.

De Rijksoverheid zegt er dit over: “Openbare scholen staan open voor iedere leerling en elke leraar. Het onderwijs gaat niet uit van een godsdienst of levensovertuiging.” Met andere woorden, openbaar onderwijs is levensbeschouwelijk neutraal, ook wel seculier: het biedt een gelijk speelveld voor alle levensovertuigingen. Zonder dat er één voorgetrokken of een ander achtergesteld wordt.

Komen een katholieke docente Duits, een atheïstische docent Geschiedenis en een islamitische docent Wiskunde een school binnen. Kijk, dat is in het openbaar onderwijs geen inleiding tot een grap – het is gewoon de diversiteit die daar kan en mag bloeien. Net zoals onder de leerlingen.

Twee hoeraatjes

Door sommige mensen worden religie en secularisme gezien als twee weliswaar verschillende maar gelijkvormige levensovertuigingen. Zoals in het rijtje: christendom, islam, secularisme.

Maar dat is het niet. Christendom, atheïsme, islam, communisme, jodendom, boeddhisme en vele andere levensovertuigingen zijn de ‘spelers’ in onze openbare, samen gedeelde ruimte. Secularisme daarentegen is niets meer – en vooral niets minder – dan de set spelregels die de beste garantie geeft op de vrijheid en gelijkwaardigheid van elk van ons in deze gedeelde ruimte, welke levensovertuiging we ook hebben.

Ik zeg nadrukkelijk ‘de beste’ en niet ‘de perfecte’. Om met een oud staatsman te spreken: twee hoeraatjes voor het secularisme. Het is in de wereldgeschiedenis de eerste en tot nu toe enige vorm van samenleving waarin we allemaal dezelfde vrijheden en rechten mogen verwachten. Ja, dat is geven (jij mag mij een zondares op weg naar de hel noemen) en nemen (jij kunt niet zomaar overal waar jij maar wilt gebedsruimtes eisen).

En dus moet een openbare, seculiere school religieuze behoeftes helemaal niet faciliteren. Nee, ook niet omdat “ach wat maakt dat nou uit, als ze dat nou graag willen.” Want met een enkele bidruimte doorbreek je de levensbeschouwelijke neutraliteit en die herstelt zich daarna niet meer. Er kunnen (en dus zullen) namelijk elke keer specifiekere wensen van specifiekere gelovigen op tafel worden gelegd.

Ruimtes met bidstoelen of met bidkleedjes. In stilte of met hardop bidden. Apart voor mannen en vrouwen of niet. Met of zonder kruisbeeld aan de muur. Hoe lossen we dat op? Moet een school straks voor elke geloofsrichting ruimtes faciliteren? Vier bidruimtes? Vijf? Elf?

Sommige argelozen opperen daarvoor dan de neutrale stilteruimtes. Alsof die niet ook binnen de kortste keren door bovenstaande vragen zullen worden geplaagd. Ja, zullen. Ik twijfel daar geen moment aan. Een openbare school kan niet een gebedsruimte hebben en levensbeschouwelijk neutraal blijven; net zo min als een vrouw een beetje zwanger kan zijn.

Fundamentalistisch denken

En dan is er nog een heel belangrijke, maar verzwegen schaduwkant van de eis van DENK.

De nadruk ligt nu steeds maar op die arme gelovige jongeren die er niet genoeg aan hebben om thuis en in hun gebedshuis te bidden. Maar – hoe voelen andere jongeren zich onder de sociale druk van klasgenoten om in de pauze te gaan bidden? Of onder de druk dat vader en moeder binnen de kortste keren horen dat hun kind het bidden op school overslaat? Of onder de schending van hun privacy door het openlijk zichtbaar moeten maken hoe vaak zij bidden of niet?

Dat staat haaks op de idee van openbaar onderwijs waarin leerlingen zich vrij moeten kunnen ontwikkelen. Maar ik zie amper iemand die opkomt voor deze jongeren. DENK doet het in elk geval niet.

De redactie van de NRC ook al niet. Dit collectief denkers slalomt zich langs wat enerzijds/anderzijds-paaltjes om te eindigen bij een kool-en-geitensparend ‘gebedsruimtes gedogen’. Buitengewoon gênant is het dat de NRC hierbij letterlijk mee zegt te wegen dat er “met 15 procent van de Nederlandse jongeren die zich identificeert als moslim er bij lange na niet voldoende islamitische scholen [zijn].”

Wat gaan we nou krijgen krijgen, NRC? Jullie doen alsof alle moslimjongeren steevast conservatief-orthodox zijn en collectief willen dat er ook in openbare ruimtes gebedsruimtes worden ingericht. Is er dan geen benul bij jullie redactie dat net zoals onder alle Nederlanders dus ook onder moslims velen de waarden van het secularisme omarmen? Jullie halen Wilders rechts in met jullie monolitische groepsaanname.

Geen privileges

Alleen fundamentalisten van enigerlei levensovertuiging hebben bezwaar tegen secularisme op openbare scholen. DENK beroept zich, bij de eis dat deze scholen gebedsruimtes moeten (!) inrichten, op “de vrijheid en gelijkheid van godsdienst.” Suggererend dat het ongelijkheid is als gelovige leerlingen geen speciale bidruimtes krijgen op openbare scholen. Dat is een effectief, maar ook heel onzuiver trucje.

Het willen bidden op seculiere plaatsen en bijvoorbeeld ook het dragen van een kenmerkend kledingstuk zijn uiterlijke tekenen die veel andere levensovertuigingen in ons land niet in die vorm kennen. De frictie die kán ontstaan (zie ook het steeds opnieuw starten van het debat over de hoofddoek bij het politie-uniform) heeft helemaal niets te maken met ‘welke religie’, maar met het feit dat er een uitzondering op het gelijkheidsbeginsel wordt geëist. Een privilege, zo je wilt.

Als iemand het ‘niet-krijgen van een uitzondering’ gaat vertalen als discriminatie, dan is dat een oneerlijk woordenspel. En dat vertroebelt elke discussie in het voordeel van de ideologische dwingelanden. Trap er niet in.

Foto: S. Nivens 

Vrij Links lijn

Vrij Links is een meerstemmig platform. Tenzij anders vermeld, spreken auteurs op persoonlijke titel.